Koekoeksklok in Nunspeet rond middernacht het zwijgen opgelegd

0
1693

NUNSPEET – Het ‘klokkehuisje’ of de ‘koekoeksklol’, dat eens het meest gefotografeerde stukje van Elspeet was, zal niet in Nunspeet worden geplaatst. Na een langdurige raadsvergadering werd rond het middernachtelijk uur besloten het bezwaarschrift van de heer H.E. van Zalk, tegen de weigering van de bouwvergunning, ongegrond te verklaren. Zeven leden van de raad hadden dit ‘ludieke huisje’ graag aan de Ds. Martiniuslaan geplaatst willen zien. De heren W.Bomer, J.Slootweg, Joh.Westerink, J.Gooijer, D.Lokhorst, A.Meijer en R.Leusink vonden het bezwaarschrift gegrond. 

Het college stelde voor de bouwvergunning te weigeren omdat het bouwplan niet voldoet aan de redelijke eisen van welstand. Volgens de Welstandscommissie, wier advies door het college werd gevolgd, is het onbebouwde gedeelte naast de slagerij aan de Ds.Martiniuslaan gereserveerd voor woon- winkelbebouwing. Het karakter van een kiosk (het klokkenhuisje) is semipermanent en moet daarom vrij staan van naastgelegen panden. Verder zijn de zij- en achterwanden van het huisje onvoldoende in overeenstemming met de voorzijde van de kiosk om daarmee één geheel te kunnen vormen, aldus de Welstandscommissie. 

In zijn beroepschrift tegen het weigeren van de bouwvergunning voert de heer van Zalk ondermeer aan dat het eertijds in Elspeet geplaatste kiosk daar nimmer problemen heeft gegeven; het gebouwtje werd zelfs als een grote toeristische bezienswaardigheid beschouwd. De bezwaren tegen het uiterlijk van de zij- en achterkant zijn volgens hem te ondervangen omdat juist daar waar het geplaatst had moeten worden die gedeelten met groenvoorzieningen aangekleed hadden kunnen worden. 

De heer D.Lokhorst (RPF) zei het leuk te vinden de Koekoek weer eens over de markt te horen. ‘De zijwanden kunnen wel aangekleed worden. Er kan bijvoorbeeld een leuk hert op geschilderd worden’, vond hij. Volgen de heer J.Slootweg (SGP) had men trouwens op het kerkpad, van waaruit die kale zij- en achterwanden gezien kunnen worden, alle aandacht nodig om de plassen daar te ontwijken, ‘dus dan let je niet op een wandje’. De heer J.J. Gevers vond dat een dergelijk gebouwtje het aanzien van de Markt zou schaden. ‘Het zal leuk staan in Salzburg, maar niet hier’. Ook mevr. K.Geertsen (D’66) verwees het klokkenhuisje naar het bos. Volgens de heer Bomer (PvdA) was het advies van de Welstandscommissie een subjectief gegeven en had dus geen reden mogen zijn voor het college om na dit advies gehoord te zijn ‘omgedraaid’ te zijn. 

Nunspeet, 1982