Gezamenlijke zienswijze Walibi Holland

De gemeenten Nunspeet, Elburg en Oldebroek hebben een gezamenlijke zienswijze ingediend op de ontwerp omgevingsvergunning voor Walibi Holland. Het festivalterrein van Walibi krijgt in de vergunning meer ruimte voor de organisatie van evenementen. “Wij willen dat de nieuwe vergunning meer rekening houdt met de belangen van onze inwoners. Daarom verzoeken wij de gemeente Dronten de aangevraagde vergunning in deze vorm niet te verlenen”, aldus wethouder Groothuis van Nunspeet, namens de drie gemeenten.

Walibi Holland, de eigenaar van het evenemententerrein waar de festivals Lowlands en Defqon plaatsvinden en ook de conferentie Opwekking, wil beschikken over een ruimere vergunning. Volgens wethouder Groothuis hebben de gemeenten geen bezwaren tegen de evenementen op zich. Het probleem ligt volgens hem in het verschil tussen de metingen en de beleving van het geluid: “Bij een ongunstige windrichting valt er soms buiten geen normaal gesprek te voeren en dringen de bassen diep in de huizen door. Wanneer de wind gunstig staat, dan is de overlast beperkt. Wij vinden dat er in de vergunning meer rekening gehouden moet worden met de overlast die de zware bastonen veroorzaken en de overdracht van het geluid -met meewind- naar de overkant van het Veluwemeer.”

Een ander onderwerp uit de zienswijze betreft het toevoegen van meetpunten van het geluid in de gemeenten Nunspeet, Elburg en Oldebroek. Eerder is vanuit de gemeente Dronten het voornemen uitgesproken om deze meetpunten aan de vergunning toe te voegen. “Nu stellen we vast dat deze meetpunten ontbreken in het ontwerpbesluit. De geluidshinder en het voornemen een verruiming van de activiteiten toe te staan rechtvaardigen het opnemen van de meetpunten in onze gemeenten”, zegt wethouder Groothuis. “Daarnaast zijn we het technisch niet eens met de vergunning. Het ontwerpbesluit gaat niet in op de normstelling voor de toelaatbare geluidsbelasting. We missen een beschrijving van de gevolgen, wanneer niet aan die normstelling wordt voldaan. Het is onze indruk dat op deze punten het huiswerk overgedaan moet worden.”