De laboratorium bon om bloed te gaan prikken heb ik gemaakt en de uitslag is binnen gekomen. De uitslagenvallen mee; een licht verhoogd cholesterol is het enige.
Wanneer hij voor de uitslag belt, geef ik hem dat door.
“Misschien kan je op je voeding letten, dat kan al wat schelen zonder direct naar de pillen te grijpen. Hier op de praktijk heb ik eenmalig je bloeddruk gemeten en die was wat verhoogd. Eigenlijk meten we geen bloeddrukken meer op de praktijk; want die zijn hier altijd hoger dan wanneer je hem zelf thuis meet: de “dokters/witte jassen-hoge-bloeddruk”.
Je zou zelf je bloeddruk thuis kunnen opmeten; daartoe kan je een meetlijst met instructies van onze website downloaden. Het gaat als volgt: 2 keer per dag meet je op ongeveer dezelfde tijd je bloeddruk en dat 2x achter elkaar terwijl je rustig zit. Een eigen bloeddrukmeter is een aanrader. Vroeger leenden we ze wel uit, maar daar hebben wij geen goede ervaringen mee. Per slot is het jouw bloeddruk dus ook jouw meter.”
Peter is het ermee eens en zegt dat hij er eentje gaat aanschaffen. Hij vraagt de naam van de onze en zegt een lijst te gaan downloaden.
“Je kunt een keer een afspraak bij de assistente maken om je meter met die van onze praktijk te vergelijken, die worden namelijk jaarlijks geijkt.”
“Dat is goed, ik ga ermee aan de slag”, zegt hij.
Het wordt even stil. Zou hij over de dementiegedachte beginnen?
Ik dub: Zal ik hem vragen of hij daar nog iets mee wil of zal ik afwachten tot hij ermee komt.
Dan vraag ik: “Kan ik verder nog iets voor je betekenen?”
Daarop zegt hij: “Ik heb zitten lezen over dat Alzheimer Centrum in Amsterdam. Dat is een hele dag dat je onder de pannen bent. Je krijgt een hele vragenlijst, je wordt er uitgebreid getest en gescand; er wordt o.a. ook bloed afgenomen en zo, allemaal om Alzheimer in een vroeg stadium op te sporen of juist uit te sluiten. Misschien moet ik dat wel gaan doen.”
“Ja dat lijkt mij ook een goed idee”, zeg ik. “Je wordt echt uitgebreid onderzocht op allerlei vlakken. En Ineke wordt meegevraagd. Heb je er al met Ineke over gesproken?”
“Ja zeker,” zegt hij. “Eerst vond ik het erg moeilijk om erover te beginnen; ik ben niet zo’n prater, weet je, en zeker niet over mijn vrees om ook dement te worden. Maar na de eerste stap vond ik het fijn gelijk gehoor bij Ineke te krijgen en konden we het er zonder boosheid of irritatie met elkaar over hebben. Zo fijn! Over mijn onzekerheden maar ook over haar eigen onzekerheden mbt. haar moeders dementie. Ze was blij verrast dat ik de stap wil gaan zetten. En ik ben eigenlijk ook wel opgelucht dat we er samen over hebben kunnen praten.”
“Dat is echt goed om te horen! Hoe zullen we dat aanpakken? Zal ik eerst jou verwijzen of zal ik jullie allebei verwijzen?”
“Omdat ik nogal op mijn tenen gelopen heb en me kregel en kribbig gedragen heb, is het misschien goed dat ik mijzelf eerst laat onderzoeken. Bij Ineke merk ik de vergeetachtigheid niet, alleen ze is zo druk met haar moeder. Wil je mij dan verwijzen?”
“Ja, dat is goed hoor. Even alles nalopen of je mobiele nummer en je emailadres juist zijn.”
De data kloppen en ik kan de verwijzing maken.
John en Carolien Polderman – Götte, huisartsen te Elspeet