Het is een hele uitdaging om in deze tijd boer te zijn

0
4099

DOORNSPIJK – Geborenen getogen in Nunspeet. Door de komst van de nieuwbouwwijk Molenbeek in die plaats nu inwoner van Doornspijk en trotse bezitter van melkveebedrijf Lage Bijssel. Wim Bonestroo (55) is optimist en dat is een eigenschap die je in deze tijd nodig hebt om als boer overeind te blijven.

Jarenlang had Wim een boerderij aan de Bovenweg in Nunspeet. Maar de plannen voor Molenbeek begonnen daar zijn leventje te verstoren. Hij ging zelfs naar Canada en Amerika met als doel te bekijken of emigratie tot de mogelijkheden behoorde. Uiteindelijk werd het een nieuwe start op drie kilometer afstand van zijn oudere boerderij aan de Oude Zeeweg in Doornspijk.

“Hier konden we een oud boerderijtje kopen, klein van omvang. Het bood ons wel de mogelijkheid hier een groot melkveebedrijf te stichten, zoals eigenlijk altijd al in mijn gedachten zat. Maar voor het zover was moesten we nog een heel proces doorlopen dat vijf jaar in beslag nam.”

“We zaten toen ook in de financiële crisis en dat had zijn weerslag op de plannen. Deze kwamen er anders uit te zien. In 2011 was alles klaar en stond er een bedrijf met driehonderd melkkoeien. Dat is nog steeds zo’n beetje de omvang van het bedrijf.”

In de oude boerderij had Wim Bonestroo een ijsmakerij. Gezien het zware financiële weer van dat moment zat een verhuizing naar Doornspijk er niet in en werd de ijsmakerij verkocht aan restaurant De Boerenschuur in Vierhouten. Daar wordt het ijs gemaakt dat Wim vandaag de dag verkoopt op zijn boerderij in Doornspijk.

De verkoop van ijs is van 1 mei tot 1 oktober. “Het was voor ons wel even de vraag hoe dit zou gaan lopen. Er is verder niets in dit gebied.” De ruilverkaveling bood oplossing. Hierin werd een recreatief fietspad opgenomen dat loopt van Harderwijk naar Elburg. “Op de route had ik best wel wat invloed waardoor ik kon bereiken dat het pad dicht langs onze boerderij loopt.”

“Met de ijsverkoop hebben we goede jaren gekend. Jaarlijks komen er tussen de 13- en 14.000 bezoekers. Kinderen kunnen hier spelen maar we willen de mensen ook wat laten zien. In de volksmond hebben we toch een megastal. We proberen bezoekers te betrekken bij de boerderij. Ze kunnen gewoon binnen lopen wanneer we aan het melken zijn en bieden
hun daarmee een stukje beleving. Uit de reacties en gesprekken die ik met bezoekers heb merk ik dat ze veel vooroordelen hebben. Die nemen we door onze aanpak toch wel weg.”

De vraag rijst of het nog wel leuk is in deze tijd boer te zijn. “Het is een hele uitdaging”, bekent Wim Bonestroo. “Ik ben niet een man die bij de pakken neer gaat zitten. Ik probeer steeds het positieve te zien om weer verder te kunnen.” Zijn kritiek richt zich vooral op de snel wisselende wetgeving. “Ieder jaar komt er wel iets nieuws op je af. Je doet een investering en voor deze is afbetaald komt de overheid tot de conclusie dat het toch niet helemaal was wat ze nastreefden en komt er weer een andere regeling.”

Als boer moet je tegenwoordig wel heel flexibel zijn, zo geeft Bonestroo aan. “Het moet een passie voor je zijn om nu nog boer te willen zijn. De melkprijzen maar ook andere producten staan zwaar onder druk. De marges zijn zo klein dat het moeite kost je verplichtingen naar de bank na te komen en het bedrijf overeind te houden.”

Veel jongeren zien daarom geen toekomst meer in het agrarisch bestaan. “Ze doen hun best op school, halen een diploma en beginnen aan een baan van negen tot vijf. Dat betekent een zorgeloos bestaan en daar kiezen veel jongeren toch voor. Om een bedrijf over te nemen heb je veel geld nodig en dat kun je niet in je jeugd bij elkaar sparen.”

Stikstof is een beladen woord. “Daarmee hebben we als boeren allemaal mee te maken. We hebben zelf veel geïnvesteerd in stal concepten om ammoniak reductie te behalen. Landelijk is er al 64 procent aan reductie behaald door allerhanden stalaanpassingen en technische maatregelen bij mesttoediening. Maar nu moeten we weer stappen zetten. Het is niet terecht wat er nu van ons wordt verlangd”, zo zegt Wim Bonestroo.

“De rek is er uit. Als boeren zijn we het nu eens en dat heeft ook geleid tot de acties op 1 en 16 oktober. We zijn niet zo gewend de vuile was buiten te hangen maar we voelen al jaren dat het zo niet langer kan doorgaan. Met onze acties stond de wereld even stil.”
Ondanks alles ziet Bonestroo perspectief als het gaat om zijn eigen bedrijf. “Ik heb al voor zware vuren gestaan, ook wat betreft financiering. We hebben een tijd gekend met slechte melkprijzen. Dat hebben we overleefd. Het is hard werken en altijd de positieve dingen blijven zien. Wanneer je negatief gaat denken is het snel gebeurd.”

Probleem voor agrariërs in deze omgeving is dat ze tussen twee Natura 2000 gebieden ingeklemd zitten. Het Veluwemeer en de Veluwe. “Bij de Veluwe gaat het om plantjes, boompjes en beestjes. Bij het randmeer alleen om de dieren op het water en een stukje waterkwaliteit. Als melkveehouderij heb je minder invloed op het water dan op het bos.”

Bonestroo prijst zich gelukkig op het juiste moment ook te hebben geïnvesteerd. “Per 1 april 2015 zou de melkquotum worden afgeschaft. Dat werd gezien als een bevrijdingsdag. Het zou weer de mogelijkheid bieden zich te ontwikkelen als boerenbedrijf. Ik heb dat niet afgewacht vanuit een onderbuik gevoel dat wij niet vrij zouden zijn om te produceren.”

Een aantal agrariërs besloot te wachten en zagen zich op 2 juli 2015 ineens geconfronteerd met de fosfaatwetgeving. “Dat was meteen de beperking, ze moesten weer koeien inleveren. Ze hadden geïnvesteerd in stallen voor honderd koeien maar daarvan mochten er maar vijftig worden geplaatst. Dan heb je een probleem. Je hoeft geen rekenwonder te zijn om uit te kunnen rekenen dat dit financieel niet uit kan. Dan moet je zoeken naar mogelijkheden zoals het aanschaffen van fosfaatrechten om de stal weer vol te krijgen maar ook dat is moeilijk
te realiseren.”

De koeien roepen. Voor Wim Bonestroo is het tijd weer aan de slag te gaan. Dat doet hij nog steeds met plezier en een glimlach op z’n gelaat.

Door Wijnand Kooijmans
Foto’s en film Maarten van de Biezen