Nunspeet – Op donderdag 30 mei a.s. (Hemelvaartsdag) doen de straten van industrieterreinen Lepelingen I en II in Nunspeet weer dienst als circuit voor antieke motorfietsen. Vanaf 11.30 uur in de ochtend wordt het circuit gebruikt voor de training en ’s middags wordt van 13.00 uur tot 18.00 uur de Classic Demo verreden. De organisatie karakteriseert het evenement als een rijdend museum.
Parcours
Het parcours dat wordt gereden gaat over de Edisonweg, Hullerweg en Galvaniweg. De organisatie verwacht meer dan 200 inschrijvingen van deelnemers te ontvangen die met hun klassieke motoren en brommers over het stratencircuit zullen gaan sjezen. Het is uitdrukkelijk geen race, maar er is wel een wedstrijd aan verbonden. Want wie het circuit het meest regelmatig aflegt is de winnaar.
De Classic Demo wordt georganiseerd door de Motorclub Nunspeet (MCN) in nauwe samenwerking met de Historisch Motorsport Vereniging (HMV). Er wordt gereden in verschillende klassen van 50 cc t/m 500 cc. Met daarbij ook een spectaculaire zijspanklasse. Om het historisch karakter van deze races te garanderen mogen alleen motorfietsen van het bouwjaar 1965 en ouder deelnemen. Voor de zijspan- en 50cc-klasse geldt niet jonger dan 1972. Vele merken van weleer zullen aan de start verschijnen, zoals Kreidler, Eysink, DKW, BMW, Norton, Ducati, Triumph en Matchless.
Gratis toegang
Het publiek heeft gratis toegang tot dit unieke evenement. Langs de Marconiweg, waar ook start en finish zijn, hebben toeschouwers het beste zicht. Het rennerskwartier is dit jaar aan de Marconiweg tussen Nissan Van de Bunte en Dekker Verhuur. Ook daar is het publiek welkom om de klassieke machines te bewonderen en met de coureurs een woordje te wisselen. In dat gebied is ook het Museumplein te vinden waar tal klassieke motoren en bromfietsen te bewonderen zijn.
Bereikbaarheid
De organisatoren moedigen het publiek aan vooral op de fiets te komen. Op verschillende plekken langs het circuit zijn fietsenstallingen gerealiseerd. Wie toch met de auto komt kan parkeren op Lepelingen II.
