Stijve hark (1)

0
18

De volgende die voor mijn spreekuur komt, is Greet.
Wanneer ik de wachtkamer inloop om haar op te halen, zie ik dat het haar moeite kost om op te staan. Alsof ze een manier zoekt hoe uit de stoel te komen. Als ze binnen in mijn spreekkamer is zeg ik: “Nou dat ging niet echt soepeltjes, hè?”
“Nee, verschrikkelijk!’ zegt ze als ze moeizaam gaat zitten.
“Zelf ben ik nooit een soepel yoga-typje geweest, maar nu kom ik nauwelijks vooruit.”
Greet is een 64 jarige actieve dame. Ze heeft als onderwijzeres op een basisschool elders gewerkt, maar wegens reorganisatie van 2 basisscholen “eruit gewerkt” zoals zij dat zelf noemt. Nu doe zij vrijwilligerswerk.
Omdat er Diabetes in haar familie voorkomt laat ze eens per jaar een APKtje doen; dat is bloed- en urineonderzoek op Hb, Nuchter Glucose, HbA1c, Cholesterol-pakket, Lever- en Nierfunctie. Daaruit blijkt dat ze geen Diabetes heeft, maar wel een licht verhoogde kans erop, want haar HbA1C – bloedsuiker van de afgelopen tijd – is iets verhoogd, nl 46 ipv 42. Daarom let ze goed op haar voeding en haar gewicht en ze wandelt elke dag.
“Hoe is dat zo gekomen dat je zo stijf bent?”, vraag ik haar.
“Ach, zo’n 3 weken geleden ben ik tijdens een boswandeling gevallen. Heel stom; met de ene voet op een verborgen tak trappen en met de andere voet achter de opgewipte tak blijven haken en bats … daar lag ik. Erg ongemakkelijk; ik had pijn in mijn hele lijf. Een soort spierpijn. Ik dacht een warm bad en het gaat weer over.“ Ik ben een beelddenker en zie de situatie helemaal voor me; hoe ongemakkelijk het voor haar moet zijn geweest.
“En hoe ging het toen?”
“Eerst dacht ik dat ik die spierpijn aan de val overgehouden had, maar het wordt steeds erger.”
“Hoe bedoel je?” vraag ik.
“Nou, ik kan steeds minder. Ik kan nauwelijks uit bed komen; ik moet eerst bedenken hoe ik dat ga doen. En dan moet ik proberen dat dan ook te doen. Mezelf aankleden is een opgave. Ook uit de stoel opstaan is een dingetje.”
“Ja dat zag ik je net doen; dat ging echt alsof je inderdaad moest bedenken hoe je dat ging doen.”
“Nou, dat warme bad waarvan ik dacht dat mij dat verlichting zou geven, dat wordt ‘m niet echt; ik weet niet hoe ik er in moet komen, laat staan hoe ik er weer uit moet komen.
Ik heb Bart moeten vragen om me te helpen; zie je het voor je? Bart laat mij in het warme water zakken en even later tilt hij mij, zelf staand in het bad, er weer uit. Het is geen vertoning! Daarbij helpt het warme bad me ook niet! Ik ben echt een stijve hark!”
Ik zie het weer helemaal voor me. Als het niet zo naar was zou het een leuke film zijn.
“Ik neem aan dat je er wel al over hebt zitten denken wat het zou kunnen zijn en je bent goed digi-vaardig. Heb je enig idee of heb je op het internet gekeken wat er met je aan de hand zou kunnen zijn?” vraag ik.
Ze lacht en zegt: “Ja ik heb op dokter Google gekeken en die geeft aan dat het wel eens PolyMyalgia Rheumatica kan zijn. Vind je dat niet vervelend?”.
“Nee, dat vind ik helemaal niet vervelend. Zo kom ik te weten waaraan jij denkt en dat vind ik juist zo goed van dat Internet en van jou! Jij zoekt het op en panikeert niet.”

John en Carolien Polderman – Götte, huisartsen te Elspeet